Onderzoek naar voorste kruisbandblessures: maatwerk noodzakelijk!
Kennisblog NieuwsWeinig amateursporters keren na een voorste kruisbandblessure terug naar hetzelfde niveau. Anderen lopen binnen de kortste keren een tweede voorste kruisband blessure op. Hoe kan dat, en belangrijker nog, hoe kunnen we dat veranderen? Deze vragen vormden de kern van het proefschrift van Wouter Welling, hij promoveerde op 30 maart 2022[2] [3] aan de Rijksuniversiteit Groningen. In dit artikel staan de bevindingen van het onderzoek samengevat en geeft Wouter advies aan fysiotherapeuten.
Wanneer mag ik weer naar het veld?
Elke fysiotherapeut die voorste kruisband patiënten behandelt, [WW4] krijgt altijd de vraag: “Wanneer mag ik weer terug naar het veld?” Het is een van de moeilijkste vragen om te beantwoorden. En zelfs als de patiënt fysiek gereed is, aarzelen sommige sporters nog. De blessure zorgt niet alleen voor pijn, maar ook voor angst en onzekerheid.
Met de onderzoeksresultaten van Wouter wordt het makkelijker om te beslissen wanneer iemand weer naar het veld kan. De beslissing wordt gemaakt met specifieke criteria voor belangrijke zaken als spierkracht, stabiliteit, bewegingskwaliteit en psychologische gereedheid. Wanneer deze factoren op orde zijn, hebben patiënten een grotere kans op een succesvolle terugkeer. Dat wordt visueel gemaakt in onderstaand model, te vinden in hoofdstuk 1 van het proefschrift:
In theorie klinkt het logisch. Maar in de praktijk wordt niet altijd gemeten of iemand wel aan de criteria voldoet, zo blijkt uit het proefschrift. Een voorbeeld: de helft van de sporters heeft na de revalidatie onvoldoende spierkracht om veilig naar het sportveld terug te keren. Door te testen op spierkracht, kan objectief beoordeeld worden of iemand klaar is om weer te gaan sporten. En om het criteria sneller te behalen, kan het bijvoorbeeld helpen om meer progressieve krachttraining aan de revalidatie toe te voegen. Met andere woorden, de kwaliteit van het revalidatieprogramma moet op orde zijn.
Objectief beoordelen en criteria testen
Na een reconstructie van de voorste kruisband, krijgen sporters een gestandaardiseerd revalidatieschema mee. One sits fits all. Volgens Wouter werkt dat niet voldoende omdat iedereen anders is en anders op de oefeningen reageert. Zoals fysiek en mentaal. Het zou volgens hem beter zijn om objectiever naar het herstel te kijken, veel te testen en een individueel behandelplan op te stellen dat tegemoetkomt aan de criteria.
Sportspecifiek behandelplan
Naast het periodiek testen en meten van patiënten is het van belang dat de revalidatie in een sport specifieke setting plaatsvindt, legt Wouter uit: “Een revalidant moet trainen in een omgeving waar hij na de revalidatie ook terug zal keren. Het werkt namelijk niet om enkel en alleen maandenlang naar een sportschool te gaan en daarna terug te keren naar het veld. Want teamsport gaat om het reageren op de bal, tegenstanders, scheidsrechters, noem maar op. Het is een omgeving waarin veel “chaos” plaatsvindt en zowel je lichaam als je hersenen moeten leren om met deze prikkels om te gaan. Pas op het veld krijgt iemand weer het vertrouwen om te draaien, te springen en te duelleren.”
Bij Pro-F Professionele fysiotherapie, waar Welling sinds dit jaar werkt, is veldtraining standaard onderdeel van de revalidatie. Daar bouwen de oefeningen zich op naar hoe het er echt aan toe gaat op het sportveld. “We gaan met een groepje revalidanten het veld op, daar beginnen we met oefeningen om de conditie te verbeteren. Dat wordt langzaam uitgebreid met richtingsveranderingen, reageren op instructies, kleuren en medespelers. Zo wordt iedereen goed voorbereid en is de stap naar het ‘echte veld’ veel minder groot.”
Niet sneller, maar beter
Door het periodiek testen en meten van patiënten kan een fysiotherapeut beter beoordelen of iemand sterk genoeg is, hoe de bewegingstechniek is en wat een sporter al wel of juist nog niet aankan. Zowel lichamelijk als mentaal.
Een belangrijke kanttekening: een patiënt revalideert niet per definitie sneller dankzij deze methode. Wel is het zo dat iemand beter begeleid wordt om terug te keren naar het veld. Het lichaam is er aantoonbaar klaar voor en de sporter ziet het weer zitten.
Advies aan (sport)fysiotherapeuten
Naast het sport specifiek trainen, heeft Welling nog enkele adviezen aan fysiotherapeuten:
- De kwaliteit van de revalidatie moet op orde zijn. Zorg voor een goede opbouw en intensiteit en zet de patiënt aan het werk.
- Monitor de revalidatie met de testen. Achterhaal wat de sterke en zwakke punten van de patiënt zijn en pas je behandeling daarop aan.
- Ga voor een multifactoriële benadering, een blessure is namelijk ook een mentale uitdaging. Werk eventueel samen met een sportpsycholoog.
- Kies een sport specifieke revalidatie. Ga met basketballers naar het basketbalveld, met voetballers naar het voetbalveld et cetera.
Welling sluit af met een hoopgevende boodschap: “We weten nog niet alles, maar door de belangrijke dingen goed te doen, kunnen we een heel eind komen!”
Wouter Welling is Sport Scientist (PhD), Testing & Screening Specialist en Performance & Video Analyst. Na meerdere wetenschappelijke publicaties, promoveerde hij in maart 2022 met het proefschrift Return to sport after an anterior cruciate ligament reconstruction. Het proefzicht is gratis te lezen voor alle geïnteresseerden. Heb je vragen over het proefschrift of wil je samenwerken met Wouter? Stuur hem gerust een berichtje via LinkedIn.
Reacties (0)